Manolo en Bambi op de rots – (Uit het boek van Blas)

Aan de ingang van het dorp, tegenover het kerkhofje is de hangouderenplek genaamd ‘De rots’, want dat is het ook. Als een stel oude Gibraltar-apen zitten de dorpsoudsten op warme zomeravonden verspreid over de rots om uit te kijken naar het verkeer dat zelden linksaf sloeg, het dorp in.

Alhoewel ik begreep dat ‘de rots’ een strikte mannengelegenheid was, was ik razend nieuwsgierig waar de oude mannen het over hadden tijdens hun 2 uur durende zittingen.

Op een rustige dag, want de oude mannen hadden domino-estafette bij Baltazar in de garagekroeg, klom ik naast Manolo en Blas op de rots. Manolo, bijnaam de Fransman en/of de Jood (Hij was Spaans, geboren in Marokko en niet hij maar zijn vrouw was joods, maar dat detail even terzijde) had altijd het hoogste woord op de rots. Dit omdat hij als een van de weinige ouderen van het dorp kon lezen en schrijven, voorzitter was van de dorpsraad en in zijn veelvuldige vrije tijd als burenrechter optrad. Een man van respect waar je maar beter naar kon luisteren dan tegen kon praten, volgens Blas.

‘’Hoe heb je het in je hoofd gehaald om hier te komen wonen?’’ was het eerste dat hij vroeg toen ik een plekje had gevonden op de warme steen. ‘’Hij wees op het kerkhofje aan de overkant van de rots met de stapelgraven als een Moors Madurodam er bovenuit stekend. ‘’Dit dorp is al lang dood, net als onze neven, broers, vaders en moeders die daar liggen.’’

Ik probeerde uit te leggen dat ik misschien wel wat nieuw leven in het dorp kon blazen en vond het meteen heel erg fout, Nederlands en arrogant klinken. Mijn schaamte werd op de wenken bediend door een Manolo die me hartelijk uitlachte.

‘Jij bent van onder de zeespiegel, jij begrijpt niet hoe het is in de bergen.’

(Touché)

(Ik probeerde mijn Limburgse roots als tegenargument, want in feite was ik voor menig Amsterdams begrip ook een soort achterlijke bergbewoner. Maar daar trapte Manolo niet in.)

Natuurlijk, wat dacht ik nou; dat ik met een paar schuurtjes en een mooie permacultuurtuin uit een boekje en een zonnepaneel de zaak aan het swingen en innoveren kreeg hier?
Als dit gesprek, op deze plek, de rots met uitzicht op een lege weg en een vol kerkhof met een doemdenkende man met bijnaam de Jood en/of de Fransman symbolisch zou zijn voor mijn toekomst hier, dan wilde ik NU naar huis en lekker verder dromen over mijn tuin van Eden en de fijne mensen die dit zou aantrekken als vlinders op een vers bloemenveld.

Het is godverdomme niet gemakkelijk om de Bambi in je te doen overleven, op zulke plekken en in zulke gesprekken.

Plaats een reactie